Symbolen
In de vrijmetselarij neemt de bouwsymboliek, erfenis van de ambachtelijke loges uit de middeleeuwen, een zeer belangrijke plaats in. De vrijmetselaar ziet wereld en leven als een te voltooien bouwwerk. Hij bouwt aan de tempel der mensheid, aan een betere wereld, waarbij hij zichzelf ziet als een bouwsteen. Een geliefde uitdrukking is dat de mens een ruwe steen is, die moet worden bekapt en gepolijst tot een zuiver kubieke steen, zodat die gave steen kan worden ingepast in het grote bouwwerk van levende stenen.
Passer en winkelhaak vormen daarbij internationaal hét herkenningsteken van de vrijmetselarij. De passer wordt verbonden met de gedachte aan het afbakenen van de grenzen tussen goed en kwaad. De winkelhaak met zijn rechte hoek symboliseert de mens die zich in de rechte verhouding weet te plaatsen tot zijn medemens.
Rituelen
Behalve door de bouw- en lichtsymboliek wordt de werkwijze gekenmerkt door de toepassing van rituelen. Oudtijds kende de mens al tal van riten die in sterk aangepaste vorm voortbestaan als gebruiken bij geboorte, huwelijk, dood en andere belangrijke gebeurtenissen in een mensenleven. De rituelen van de vrijmetselarij beelden de mens uit die zichzelf wil leren kennen en het bestaansdoel van mens en mensheid zoekt.
In de vrijmetselarij wordt gewerkt in een stelsel van drie opvolgende stappen of graden. In de eerste graad richt de vrijmetselaar de oriëntatie op zichzelf, met focus op “Ken u Zelf” en “Op U komt het aan”. In de opvolgende graad richt hij zich op het werken aan een juiste verhouding tot de medemens. In de derde graad verruimt hij zijn blik en richt hij zich op de wereld. Samen beelden de drie graden de levensgang van de mens uit, de reis van duisternis naar Licht.
Het lijkt allemaal spel en dat is het in zekere zin ook. Maar dan wel een verheven spel met diepe waarden en betekenissen, die de deelnemer zelf moet ontdekken. Het kan hem helpen zichzelf beter te leren kennen en zijn antwoord te vinden op vragen naar de betekenis van het leven dat verder reikt dan het stoffelijke bestaan.